Interview: RES-Amersfoort – het bod van onderop
Energieproductie met oog voor natuur, landschap en lokale zeggenschap –
Begin oktober heeft de regio Amersfoort een concept-RES opgeleverd. Met een plan voor grootschalige energieopwekking uit zon en wind in 2030 en daarna. Iedereen tevreden? Niet echt. Wel met het ambitieniveau maar niet met de uitwerking. Op initiatief van de Participatiecoalitie Utrecht werken Gerben de Vries (NMU) en Marinus Kamphorst (Energie Samen) nu samen met lokale groene groepen aan een eigen visie. Begin 2021 moet er een manifest liggen. We bevragen Marinus erover.
“Dit bod van RES-Amersfoort staat onder druk.” vertelt Marinus Kamphorst, regiovertegenwoordiger bij Energie Samen en bestuurslid van Eemnesenergie. Het voldoet niet, op twee punten. Het belang van natuur en landschap krijgt onvoldoende aandacht en dat geldt ook voor lokale zeggenschap en lokaal eigendom. Marinus: “Dit plan plaatst bijvoorbeeld windmolens op de Leusderheide. Maar én de gemeente, én natuurorganisaties én ook defensie (vanwege onder ander radar) beoordeelt die als onwenselijk tot onmogelijk. Het bod van onderop dat we nu voorbereiden wil laten zien hoe het ook kan.”
Alternatieven
Energieprojecten met oog voor natuur en landschap, ontwikkeld voor en door de lokale gemeenschap, dat is het omschreven doel. Daarvoor wordt een alternatieve kansenkaart voor locaties gemaakt, een onderbouwing van de economische haalbaarheid opgesteld en uitgewerkt hoe de participatie van de omgeving geborgd kan worden. Het manifest zal worden uitgegeven door Energie Samen en NMU, ondertekend door zoveel mogelijk regionale partijen.
Praktische aanpak
Marinus en Gerben maakten een plan van aanpak met vijf stappen om tot het manifest te komen. “Afgekeken van een regio in Brabant.” De basis zijn voorlopige kanskaarten van elk van de drie deelgebieden van de regio, de zogenoemde quickscans. Die bevatten deels bestaande informatie, uit het kadaster, en deels bewerkingen door de NMU. Ze tonen de gebieden en elementen met ecologische en landschappelijke waarde, en de restricties vanwege veiligheid en geluid. Tweede stap is de uitwerking door de ‘achterban natuur & landschap’ per deelgebied. Stap drie: uitwerking door de energie-initiatieven per deelgebied. Daarna volgt een integrale sessie over de uitkomsten en tot slot de uitwerking in het manifest, gepland in januari.
Voortgang
De quickscans voor de regio zijn nu gemaakt. Op 24 november was de eerste bijeenkomst van de natuurorganisaties. “Utrechts Landschap, Staatsbosbeheer, lokale natuurorganisaties en er waren ook al wat energie-initiatieven bij die ook vanuit dit oogpunt mee willen denken.” Dat het makkelijk is, zegt niemand. “Het is best lastig om plekken te vinden in zo’n al eeuwenlang bevolkt gebied. Waar hou je rekening mee? Wat is nou werkelijke natuurwaarde en kijk je dan ook naar cultuurhistorische waarde? Daar hebben we het over. Er staat voor binnenkort een tweede gesprek gepland.” Weerstand is ook een ding. “Maar iedereen is wel overtuigd dat het nodig is. Ik heb zelf uitzicht op windturbines, die 8 kilometer verderop staan. Tja, we moeten iets.”
Spiegel voorhouden
Binnenkort komen ook de lokale energiecoöperaties en -initiatieven bij elkaar. Marinus: “Ik merk in onze gelederen dat samen dingen doen nog vaak lastig is, ook kennis delen. Lokale initiatieven zijn nogal intern gericht, op hun eigen ‘kleinere’ projecten, binnen hun gebied. Dat is bij natuur- en landschapsorganisaties anders. Die trekken meer met elkaar op en vullen elkaar aan. Misschien moeten we ons zelf vaker een spiegel voorhouden, met het grotere belang voor ogen. Proberen te verbinden, maar dan moet er wel een touwtje zijn.”
Veel spelers
Het diverse speelveld van de energietransitie is ook een punt: veel spelers en verdeeldheid. Lokaal, regionaal en landelijk, met verschillende rollen. “Energie Samen, NMU, Participatiecoalitie en Energie van Utrecht. We zijn binnen de energietransitie op veel manieren georganiseerd. Voor de overheid is dat ook lastig, met wie moeten ze waarover praten? Het zou helder moeten zijn hoe de lijnen lopen.” Ook de werkgebieden en indelingen in regio’s helpen niet. “Een RES-regio voelt niet als eenheid. U16 is beter georganiseerd, dat hecht nu wel wat beter met Energie van Utrecht. Maar Amersfoort is meer los zand en zit er maar voor een stukje in. De provincie Utrecht heeft 2 à 3 RES-regio’s. En bijvoorbeeld: bestuurlijk zit mijn woonplaats Eemnes in regio Amersfoort maar voor andere overleggen doen we zaken in Noord-Holland…”
Polder
Marinus wil graag de ervaringen met het bod delen. “En vraag ook de NMU om advies en hulp. Ik heb de NMU echt hoog zitten, toppers zijn het.” Denkt Marinus dat het goed komt met de energietransitie? “Dat moet. Ik wil over 10 jaar ook stroom hebben voor mijn wasmachine. Er komen vast oplossingen die wij nu nog niet zien. Maar voorlopig moeten we doen met wat er is: zon en wind. Ik vind het ook leuk om zo bezig te zijn. Met besparen en opwekken, publiek en sociaal actief zijn, scherpe discussies, veel meningen horen en goed geïnformeerd zijn.” Zijn het niet altijd compromissen? “Ja. Maar daar zijn we goed in hè, polderen. En ik hou van de polder, letterlijk en figuurlijk.”